Zoeken
In 2015 vroeg de VCOV de medewerking van ouders voor een bevraging over de toekomst van het secundair onderwijs. De respons overtrof de verwachtingen: maar liefst 6216 ouders lieten hun stem horen! Dankzij hun hulp konden wij op 26 januari een uitgebreid rapport overhandigen aan Vlaams minister van onderwijs Hilde Crevits.
Vlaams minister van Onderwijs Hilde Crevits:
“Met
ons onderwijs willen we het talent van elke jongere volop ontplooien.
Dat is wat ouders verwachten. De vraag naar vernieuwing is duidelijk
aanwezig en de Vlaamse confederatie van ouders en ouderverenigingen legt
ook enkele pijnpunten bloot. De inbreng van de vele ouders dient als
voedingsbodem voor de geplande ontwikkelingen ivm de modernisering van
het secundair onderwijs, de hervorming van de lerarenopleiding, de
studiekeuze en de leerlingenbegeleiding. Hervormingen breng je samen tot
stand, in dialoog. Vandaar mijn waardering voor de vele ouders die aan
deze bevraging hebben meegewerkt.”
Hieronder geven we de perstekst mee met 10 aandachtspunten die we uit de antwoorden kunnen afleiden.
Een
goede communicatie en samenwerking tussen schoolteams, leerlingen en
ouders is belangrijk om de modernisering van het onderwijs én de
onderwijsloopbaan van elke leerling te laten slagen. Ouders willen
betrokken worden zodat ze op het einde van het schooljaar niet voor
verrassingen komen te staan. Ook de stem van de leerling zelf moet
volgens ouders meer gehoord worden.
Ouders
vinden de voorbereiding op het secundair onderwijs in het
basisonderwijs zeer belangrijk. Leerlingen moeten er ‘leren leren’ en
basisvaardigheden verwerven om de overstap naar het secundair
makkelijker te kunnen maken. Een goed onthaal is essentieel zodat
leerlingen kunnen ‘thuis’ komen op de grote school. Helaas verloopt dat
vaak nog niet zo goed.
De
leerlingenbegeleiding in het secundair onderwijs kan beter als ouders
ze vergelijken met het zorgbeleid in de basisschool. Ouders verwachten
een goede samenwerking tussen alle betrokkenen zodat voor ieder kind de
nodige zorg in samenspraak bepaald kan worden. Beschikbare en
professionele leerlingenbegeleiders op school en van de school zelf,
zijn daarvoor belangrijk. De onafhankelijkheid van CLB-medewerkers
vinden ouders een must, net als de discretie van de leraren en de
leerlingenbegeleiders. Ouders appreciëren de ‘antennefunctie’ van de
school. Zij vinden het belangrijk dat de school hen als
opvoedingsverantwoordelijken en als specialist van hun eigen kind van in
het begin betrekt bij het zorgproces.
Inclusief
onderwijs, geïntegreerd onderwijs, onderwijs voor leerlingen met
specifieke onderwijsbehoeften… kunnen rekenen op de waardering en het
begrip van ouders. Maar ze vragen zich wel af hoe leraren dit allemaal
in de praktijk kunnen realiseren. Zijn er voldoende middelen? Is er
voldoende deskundigheid?
Ouders
liggen wakker van het studiekeuzeproces van hun kinderen. Hoe verloopt
dit best? En waar zullen hun kinderen deze keuze waar kunnen maken?
Ouders vragen zich af of met de modernisering en bijhorende
reorganisatie een passend en voldoende onderwijsaanbod in de buurt
gegarandeerd kan worden.
Kiezen
is niet eenvoudig. Daarom geven ouders de voorkeur aan een lang
begeleid keuzeproces. Ja, zelfs tot en met het 4de jaar secundair
onderwijs. Voor sommige kinderen is het dan weer zaak de keuze zo snel
mogelijk te realiseren. Ook dit moet mogelijk zijn om demotivatie te
vermijden.
Ouders
vinden dat de verschillende onderwijsvormen (aso, bso, kso, tso)
‘kunnen’, maar ze hebben recht op een (even-)waardig imago. Ouders
kijken verwachtend uit naar uitgebreidere keuzemogelijkheden binnen een
beperkter aantal studierichtingen. De vraag naar ‘tussenstappen’ in de
huidige onderwijsvormen kan zo misschien worden opgevangen.
Ouders
willen professionele en enthousiaste leraren. Kennis en vaardigheden
bijbrengen, leerlingen coachen, communiceren met leerlingen en hun
ouders, ondernemingszin stimuleren, gezondheid en welzijn promoten…
vragen om deskundige leraren met passie. Ouders erkennen dat de
verwachtingen voor leraren hoog zijn. Maar ook voor leerlingen is de
druk hoog. In het onderwijs van de toekomst mag het welbevinden van de
leerlingen zeker niet vergeten worden.
Bij
het B- en C-attest hebben ouders heel veel vragen. Goede communicatie,
goede studiekeuzebegeleiding en mogelijkheden om de juiste keuze binnen
een eigentijds keuzeaanbod waar te maken, zijn hun belangrijkste wensen.
Lukt het even niet voor een scholier, dan vragen ouders remediëring met
een perspectief. B- en C-attesten worden dan een uitzondering, zo niet
zinloos. Een sjoemelaanpak van de toekomst van hun kinderen – en onze
samenleving - staat duidelijk niet in het woordenboek van ouders.
Verantwoord investeren daarentegen des te meer.
- Ouders verlangen duidelijke en tijdige communicatie over het leer- en ontwikkelingsproces van hun kind. Ze willen zowel betrokken worden bij de zorg en leerlingenbegeleiding voor hun kind, als bij het ruimere onderwijsbeleid zoals bijv. deze bevraging rond de toekomst van het secundair onderwijs.
- De leerling zelf moet meer inspraak hebben in zijn/haar eigen onderwijsloopbaan. Er moet meer naar hen geluisterd worden en meer met hen in overleg gegaan worden over bijv. hun studiekeuze.
- Ouders verwachten een goed onthaalbeleid in elke secundaire school zodat de overgang van basis- naar secundair onderwijs optimaal kan verlopen. Ook continuïteit van zorg is een voorwaarde.
- Een goede studiekeuze wordt vroeg genoeg gemaakt door leerlingen die weten welke richting ze uit willen, en laat genoeg door leerlingen die hun interesses en talenten nog moeten verkennen. Om dit mogelijk te maken moet de perceptie van de huidige onderwijsvormen veranderen. Schakeltrajecten tussen de onderwijsvormen zijn wenselijk.
- Ouders verwachten deskundige en gemotiveerde leraren voor hun kinderen. De basis van de professionaliteit wordt gelegd in de lerarenopleiding. Tijdens de loopbaan mag de nodige bijscholing niet ontbreken. Ouders vragen ook een kwaliteitsvolle evaluatie en waar nodig bijsturing van de leraren hun functioneren.
- Een goede leerlingenbegeleiding vereist een goede samenwerking tussen alle betrokkenen: leerling, ouders, school, cel leerlingenbegeleiding, CLB en ev. externe diensten. Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften moeten de nodige zorg in het gewoon onderwijs krijgen, rekening houdend met de draagkracht van de school. Deze zorg moet er ook zijn voor hoogbegaafde leerlingen. Flexibiliteit, differentiatie en maatwerk passen in een plan van aanpak. Het buitengewoon onderwijs moet blijven bestaan voor leerlingen die het nodig hebben.
- Zittenblijven zou zo veel mogelijk vermeden moeten worden, maar ouders vinden wel dat een B-attest de mogelijkheid open moet laten om het leerjaar over te doen in de gevolgde richting.
- Stages zijn belangrijk in alle onderwijsvormen, niet alleen voor het opdoen van werkervaring maar ook voor levenservaring. Goede stageplaatsen en dito begeleiding zijn allesbepalend.
- Ouders stellen vast dat de druk op leerlingen te hoog is. Er is na school te weinig tijd voor sport en ontspanning. Activerende werkvormen zoals groepswerk zien ouders liever tijdens de schooluren gebeuren, zowel om de werklast na school te verminderen als om ouders te ontlasten van het vervoer.
- Het secundair onderwijs van de toekomst zet meer in op talenten en vaardigheden. Algemene vorming blijft belangrijk maar kennis is niet alles. Ook bij het evalueren moeten andere aspecten aan bod komen bijv. inzet, attitudes, sociale vaardigheden, vooruitgang…
VCOV, januari 2016