De vaststelling van de criteria voor de aanwending van lestijden, uren, uren-leraar en punten

Zoeken

Dit document is enkel zichtbaar voor leden van de VCOV.
Word nu lid
Lestijden, uren, uren-leraar en punten

Het schoolbestuur (of zijn gemandateerde) legt ieder ontwerp van beslissing voor overleg aan de schoolraad voor als dat betrekking heeft op: de vaststelling van de criteria voor de aanwending van lestijden, uren, uren-leraar en punten. (Decreet betreffende participatie op school, art. 21)

Het gaat over de criteria (bv. grote of kleine klassen) en niet over de invulling van functies (juf Caroline of juf Els als turnleerkracht). Het aanstellen van personeel is de bevoegdheid van het schoolbestuur of zijn afgevaardigde(n). Hier heeft de schoolraad geen overlegbevoegdheid over.


1. Hoe weten scholen hoeveel personeel ze kunnen inzetten?

AGODI, het AGentschap voor OnderwijsDIensten, bezorgt de scholen op het einde van het voorafgaande schooljaar een dienstbrief met daarin het aantal uren die de school het volgende schooljaar kan inrichten. AGODI berekent deze uren aan de hand van het aantal leerlingen die op de eerste lesdag van februari van het voorafgaande schooljaar ingeschreven waren in de school. Deze zgn. teldag is dus heel belangrijk voor scholen.

In een aantal gevallen zal ook de teldag voor de berekening van de omkadering niet op 1 februari van het voorgaande schooljaar vallen, maar op 1 oktober van het lopende schooljaar:

  • een nieuwe school ontstaan door fusie: telt eenmalig op 1 oktober;
  • de omvorming van een opleidingsvorm: het eerste jaar van de omvorming op 1 oktober, het laatste jaar van de omvorming op 1 oktober, de tussenliggende jaren op 1 februari;
  • een nieuwe school ontstaan door programmatie of afsplitsing: gedurende drie opeenvolgende schooljaren op 1 oktober;
  • de oprichting van een opleidingsvorm (eventueel samen met oprichting van een type): gedurende 3 opeenvolgende schooljaren op 1 oktober;
  • de opheffing van een opleidingsvorm: eenmalig op 1 oktober het schooljaar dat de opleidingsvorm volledig weg is;
  • de oprichting van een type (bij een bestaande opleidingsvorm): eenmalig op 1 oktober. 
2. Hoe verdelen de scholen de uren?
  • Het is belangrijk om in het basisonderwijs onderscheid te maken tussen de opdracht, de schoolopdracht en de hoofdopdracht. AGODI deelt de hoofdopdracht mee aan de scholen via de dienstbrief.

  • In het secundair onderwijs hanteert men een gelijkaardig principe. Hier werkt men met een opdrachtbreuk. Deze opdrachtbreuk omvat niet de totale werkduur. Er horen nog andere taken bij: vergaderingen, toezicht, verbeterwerk, verslagen, oudercontact, … AGODI deelt de opdrachtbreuken mee.
  • In de dienstbrief die de school van AGODI krijgt, staan alle personeelsmiddelen die de school kan invullen voor het volgende schooljaar. Niet alle uren worden uitgedrukt in lestijden. Sommige functies drukt de overheid uit in punten (zorgcoördinator, ICT-coördinator, administratief medewerker, …) of in klokuren (bepaalde functies in het buitengewoon onderwijs, kinderverzorgers, …). De school moet aan de hand van de punten voor bepaalde functies zelf berekenen hoeveel uren ze effectief kan inrichten. Bij de berekeningen van het aantal in te richten uren, houdt de school rekening met het diploma van het personeelslid dat de functie zal uitoefenen.
  • Indien de school door een misrekening te veel uren inricht, moet de school dit teveel aan ingerichte uren terugbetalen aan AGODI.


3. Hoe kan een schoolraad hier een rol in spelen?
  • Het is de school die bepaalt welke personeelsleden worden aangenomen en in welke functie ze tewerkgesteld worden. Ouders hebben hier geen inspraak in.
  • Via de schoolraad kunnen ouders vragen stellen en overleggen over bepaalde beleidsbeslissingen. In de basisschool kan dit gaan over het al dan niet opsplitsen van een leerjaar. Kiest de school bv. voor één 5e jaar met 34 leerlingen (en 1 leraar) of kiest ze voor 2 klassen met 16 leerlingen (en 2 leraren)? Bij één groot 5e leerjaar kan de 'vrijgekomen' leraar zich dan bv. voltijds richten op het taal- en leesbeleid van de school (een boekenjuf of -meester). In het secundair gaat het bv. over verschillende klasgroepen die gezamenlijk les krijgen voor een bepaald vak. Of het invoeren van een nieuwe functie zoals een gedragscoach, …
  • Soms beslissen scholen om extra uren aan te kopen vanuit de werkingsmiddelen of om beleidsfuncties (BPT-uren: Bijzondere Pedagogische Taken) in te richten vanuit het lestijdenpakket. De schoolraad heeft in beide situaties overlegbevoegdheid.


4. Aandachtspunten
  • Kijk er op toe dat er zeker een schoolraad gepland wordt op het einde van februari of begin maart. Na 1 februari gaan directie en schoolbestuur berekenen hoeveel speelruimte ze hebben voor de organisatie van het onderwijs in het volgende schooljaar.
  • Vraag de nodige informatie die zicht geeft op de nieuwe situatie na de telling van 1 februari: de berekening van het nieuwe lestijdenpakket of pakket uren-leraar, de vergelijking met de situatie van het lopende schooljaar.
  • Bespreek op de ouderraad de nieuwe situatie en wat de gevolgen kunnen zijn voor het volgende schooljaar. Vraag hierbij de hulp van de directie om de cijfers juist te interpreteren.
  • Gaat het leerlingenaantal achteruit? Probeer te achterhalen waaraan dit ligt en wat eraan gedaan kan worden. Kunnen ouder- en schoolraad mee nadenken over het promoten van de school, bv. bekendmaken van opendeurdag, sociale media levendig maken, ... ?
  • Ga na welke prioriteiten de ouders hebben bij de inrichting van het onderwijs naar het volgende schooljaar toe. Houd hierbij rekening met realistische vragen en wensen, bv. zo weinig mogelijk leerlingen per klas is een nobel streefdoel maar niet altijd te verwezenlijken. Ook een maximale ondersteuning (zorg, ICT) is voor elke school aangenaam maar niet altijd haalbaar, bv. voor scholen die kampen met een dalend leerlingenaantal.
  • Idealiter wordt er eerst overleg gepleegd over de criteria en wordt er pas nadien een uitgewerkt plan voorgesteld. Komt het schoolbestuur (of de directeur) toch al meteen met een concreet voorstel, dan kan je als schoolraad zeker aangeven dat je voortaan ook betrokken wil worden bij de criteria op basis waarvan beslissingen genomen worden.
  • In welke mate speelt het lerarentekort mee?