Zoeken
In deze fiche vind je:
- Regelgeving en aanbevelingen van de VCOV i.v.m. besluitvorming
- Stappen voor een goede besluitvorming en taakverdeling
- Methodieken om tot een gedragen besluit te komen
Volgens het participatiedecreet (Art. 49) moeten ouderraden hun manier van besluitvorming vastleggen in een huishoudelijk reglement. Alle leden van de ouderraad zijn hieraan gebonden. Oudercomités zijn niet verplicht om een huishoudelijk reglement op te stellen, maar als zij er één hebben moet het wel gevolgd worden.
Zowel ouderraden als oudercomités moeten dus eerst naar hun huishoudelijk reglement kijken om te weten welke regels omtrent besluitvorming ze moeten volgen.
Als de ouderwerking een aparte vzw is, staan de regels rond besluitvorming in de statuten van de vzw.
Daarnaast heeft de VCOV enkele aanbevelingen voor ouderwerkingen. Die kan je opnemen in je huishoudelijk reglement bij het artikel over besluitvorming:
- In alle vergaderingen wordt er gestreefd naar een consensus bij het verstrekken van adviezen of het bepalen van standpunten.
- Indien er geen consensus bereikt wordt, zal er een stemming georganiseerd worden. De procedure om te stemmen neem je op in het huishoudelijk reglement:
- Welke meerderheid is er nodig om iets goed te keuren: meer dan de helft, 2/3de ….
- Het aanwezigheidsquorum voor stemmingen: bv. 50% van de leden moet aanwezig zijn.
- In sommige delicate gevallen kan er beter geheim gestemd worden. Er kan dan een stemcommissie aangesteld worden om de stemmen te tellen.
- De voorzitter of de secretaris van de ouderwerking deelt de standpunten van de vergadering zo snel mogelijk mee aan de directeur en aan de voorzitter van de schoolraad. In voorkomend geval worden ook de minderheidsstandpunten aan de voorzitter van de schoolraad meegedeeld.
Meer info: Voorbeeld huishoudelijk reglement ouderraad
Ouders hebben vaak verschillende meningen over voorstellen of problemen. Neem de tijd om tot een besluit te komen waar iedereen zich in kan vinden.
We schetsen hieronder de zes stappen voor een democratische besluitvorming:
- Probleemstelling
De voorzitter beschrijft het probleem: oorzaken, aard, omvang en mogelijke gevolgen. - Analyse van het probleem
De deelnemers brengen gegevens aan die het probleem verduidelijken. Het is belangrijk dat er in deze fase nog geen oplossingen voorgesteld worden. - Aanbrengen van voorstellen
Tijdens een brainstorm worden zoveel mogelijk ideeën verzameld om het probleem aan te pakken. Het is belangrijk dat alle deelnemers suggesties kunnen doen. Er wordt geen commentaar of kritiek gegeven op de voorstellen. - Overwegen en selecteren van de voorstellen
De voorstellen worden geordend en geëvalueerd met de bedoeling om een selectie te maken van bruikbare mogelijkheden. - Keuze van de oplossing
De groep kiest één oplossing. Dat kan je doen door pro’s en contra’s van de geselecteerde voorstellen af te wegen. De voorzitter geeft een duidelijke samenvatting van het besluit. - Afspraken en taakverdeling
De beslissing moet omgezet worden in de praktijk. Er wordt een actieplan opgesteld: wie doet wat wanneer? De voorzitter zet alle afspraken op een rijtje en de secretaris noteert ze in het verslag.
Uitgebreide info over besluitvorming, stemming en de rol van de voorzitter: VCOV-brochure ‘vergader vaardig’
Om zoveel mogelijk leden van de ouderwerking te betrekken bij discussies helpt het om alternatieve werkvormen te gebruiken.
Enkele voorbeelden:
- Black box
Een methodiek om (probleem)situaties anoniem te bespreken.
De digitale versie van de Black box kan je bij een online vergadering gebruiken. - Fishbowl discussie
Deze methodiek kan tot creatieve oplossingen leiden voor moeilijke problemen. Door de ‘visbokaal’ opstelling in twee cirkels worden alle deelnemers betrokken ook al zeggen ze niets. - Dilemma
Hierbij komen verschillende knelpunten of dilemma’s aan bod en iedereen kan reageren. Deelnemers brengen zelf probleemsituaties of knelpunten rond een bepaald thema aan.
Meer methodieken voor overleg in de ouderwerking vind je in de VCOV-brochure ‘sterke schOUDERS, goed overleg’.
Als je met een groep discussieert krijg je altijd minderheidsstemmen. Je kan ouders die er anders over denken stimuleren om hun stem te laten horen.
- Wat is je mening? Waarom denk je er anders over?
- Zijn er mensen die dit herkennen?
- Zijn er (kleine) zaken die we kunnen toevoegen aan het meerderheidsstandpunt zodat de minderheid zich hierin kan vinden?
Door naar de minderheid te luisteren en hun mening te erkennen krijg je een grotere betrokkenheid van de ganse groep.